12 en 13
NOVEMBER
De weg door de
'foothills', die we een paar dagen geleden reden, werd in vroeger
tijden nog door de Cherokee's gebruikt. Vandaag rijden we een stuk
van de Blue Ridge Scenic Parkway, een van Amerika´s mooiste wegen
die dwars door de Apalachen en hoog, dichtbij de pieken van de
bergen loopt.
Deze 755 km lange weg begint in Virginia bij de Shenandoah
Mountains en eindigt in North Carolina bij het indianenreservaat
Cherokee in the Great Smokey Mountains bij de grens met Tennessee.
Het
weer is goed als we vertrekken, maar halverwege begint het te
regenen. We klimmen hoger en hoger, de ene pas na de andere en
het merendeel van de rit rijden we in de wolken. Het voelt niet als
´
in de wolken´ zijn. Ik ben bang met zo weinig zicht over die hoogten
rijdend met naast ons de diepten wetend, maar die niet zien. Bij
Ashville kunnen we deze weg verlaten en gaan op zoek naar een
camping, die we vrijwel meteen vinden.
Een
paar mooie benevelde plaatjes heb ik wel kunnen ´schieten´ en het
heeft me inderdaad de adem benomen. Hoe spectaculair zullen de
vergezichten op een stralende dag wel niet zijn?
The
Great Smokey Mountains en hun omgeving (North Carolina/Tennessee)
komen iedere herfst tot leven met een overvloed aan blozend rood,
groen en vele variaties oranje.
In
de hogere gebieden is, nu het al half november is, de kleurenpracht
wat minder omdat de meeste bladeren al bruin zijn of gevallen, maar
wat lager is er voor ons nog genoeg te beleven. Wanneer we hier twee
weken eerder doorheen gereden waren, was de bewondering nog groter
geweest.
We
zijn al een paar dagen in het gebied van de Cherokee's, dus wat
aandacht voor hen is op zijn plaats.
De
Cherokees vormden een van de grootste stammen in het zuidoosten van
de VS. Lang geleden zochten zij als jagers en vissers hun voedsel in
de Smokey Mountains en de lager gelegen gebieden van de zuidelijke
Appalachen. De vrouwen hielden zich thuis bezig met de landbouw.
Eeuwenlang werden zo familietradities, ceremonies, verhalen en dansen
doorgegeven aan latere generaties.
In
1500 en nog wat kwamen Spaanse goudzoekers naar het gebied van de
Native Americans en eisten voedsel, vochten met hen en namen hen soms
gevangen als slaaf. Niettemin lukte het de Cherokees de daarop
volgende 200 jaar, door tactvol op te treden ten opzichte van de
nieuwkomers, om hun cultuur en tradities in het gebied te
behouden en door te geven.
Eind
achttiende eeuw hadden zij echter door afgedwongen verdragen met de
nieuwe Amerikaanse regering al veel van hun land verloren.
De
negentiende eeuw bracht tranen. Door het vinden van goud werd de blik
waar mee gekeken werd totaal anders en golden de oude verdragen niet
meer: de Cherokees zaten in de weg en moesten verdwijnen.
In
1830 tekende de, in die tijd, erg populaire President Andrew Jackson
'the Indian Removal Act', waarbij de Cherokees een grondgebied ten
Westen van de Mississippi werd aangeboden als hun nieuwe
thuisland. Zestien duizend Cherokees werden gedwongen
gedeporteerd en moesten 1200 mijl naar het Westen lopen. Een
kwart ervan stierf onderweg door honger of winterkou tijdens de
voettocht, die " Trail of Tears" wordt genoemd. Hetzelfde
overkwam ook indianenstammen in andere staten.
Opnieuw pech hadden de
Native Americans, toen ze in de daarop volgende burgeroorlog
gedwongen in het kamp van de verliezers terecht kwamen.
Hun
nakomelingen zijn geleidelijk teruggekeerd en vandaag de dag
vormt deze groep Cherokee indianen een sterke en gezonde volksgroep.
Ze trekken jaarlijks met hun handgemaakte creatieve producten veel
toeristen en zijn vooral door de bloeiende casino's ook economisch
vitaal en gezond.
Of
ze blij zijn met deze Amerikaanse droom?